Wet inkomstenbelasting 2001

Wet inkomstenbelasting 2001
Citeertitel Wet inkomstenbelasting 2001
Titel Wet van 11 mei 2000 tot vaststelling van de Wet inkomstenbelasting 2001
Afkorting IB
Wet IB 2001
Soort regeling Wet in formele zin
Toepassingsgebied Vlag van Nederland Nederland
Rechtsgebied Belastingrecht
Status Geldend
Goedkeuring en inwerkingtreding
Ingediend op 14 september 1999
Aangenomen door Tweede Kamer op 3 februari 2000; Eerste Kamer op 9 mei 2000
Ondertekend op 11 mei 2000
Gepubliceerd op 30 mei 2000
Gepubliceerd in Stb. 2000, 215
In werking getreden op 1 januari 2001
Geschiedenis
Opvolger van Wet op de inkomstenbelasting 1964
Wijzigingen Externe lijst
Lees online
[1] Wet inkomstenbelasting 2001
Portaal  Portaalicoon   Mens & maatschappij

De Wet inkomstenbelasting 2001 (kortweg IB of Wet IB 2001) is een belasting in Nederland die de inkomstenbelasting regelt. Deze belasting heft de Nederlandse rijksoverheid met betrekking tot inkomen dat in Nederland woonachtige en bepaalde niet in Nederland woonachtige natuurlijke personen genieten. Rechtspersonen vallen niet onder de Wet IB 2001, maar onder de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. De inkomstenbelasting is een zogenoemde inkomensbelasting.

De Nederlandse inkomstenbelasting levert op zichzelf maar een klein deel van de totale belastingopbrengst op (gemiddeld enkele procenten). Toch wordt zij in de fiscale praktijk ook wel aangeduid als 'de koningin der belastingen'. De reden hiervoor is dat de inkomstenbelasting een eindheffing is met betrekking tot de loonbelasting (naar opbrengst wel een 'grote' belasting), en omdat bovendien het winstbegip in de vennootschapsbelasting gelijk is aan dat van de inkomstenbelasting. De inkomstenbelasting is daarmee van grote invloed op deze heffingen en als eindheffing op de loonbelasting ook op het dagelijks leven van de meeste mensen, en daarmee inderdaad een 'koningin'. In de fiscale studie neemt inkomstenbelasting dan ook traditioneel een belangrijke plaats in.

De wet trad in werking op 1 januari 2001. Hij verving de Wet op de inkomstenbelasting 1964.

  1. De forfaitaire rendementspercentages van banktegoeden en schulden in artikel 5.2 zijn slechts plaatsvervangers, omdat ze pas rond februari na het belastingjaar met terugwerkende kracht worden vastgesteld, voor het eerst rond februari 2024 over het belastingjaar 2023.

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search