Baronie van Breda

Heerlijkheid (later formeel baronie) Breda
Leen van het hertogdom Brabant (1342-1618); van 1618 tot 1795 onder het gezag van de Staatse Raad van Brabant te Den Haag
1167 – 1795 Bataafs-Brabant 
Kaart
1645
1645
Algemene gegevens
Hoofdstad Breda
Talen Oudnederlands, Diets (Middelnederlands), Nederlands
Regering
Regeringsvorm Baronie
Dynastie Huis Schoten (1167-1287)
Huis Gaveren (1287-1327)
Huis Brabant (1327-1339)
Huis Polanen (1339-1404)
Huis Nassau (1404-1544)
Huis Oranje-Nassau (1544-1795)
Staatshoofd Heer, later formeel baron
Detail uit een kaart van het hertogdom Brabant (1645)

De baronie Breda (meestal Baronie van Breda, Frans baronnie de Breda) is een historisch land (rechtsgebied) rond de stad Breda, dat in bezit was van de heren van Breda. In 1339 werd de edelman Jan I van Polanen pandheer van Breda, samen met zijn zoon Jan II van Polanen. In 1350 verkocht Jan III van Brabant de heerlijkheid voor 43.000 florijnen aan Jan II van Polanen. Dit bezit was een vrije en tevens hoge heerlijkheid, uit hoofde waarvan Jan II terstond lid werd van de hertogelijke raad en in de jaren daarna intensief betrokken was bij de Brabantse politiek. Zij vormde niet de enige, maar was vanaf de zestiende eeuw in formele zin wel de belangrijkste en bekendste baronie in de Nederlanden, zeker nadat de zuster-baronie Bergen op Zoom in 1533 tot een markgraafschap (markizaat) was verheven.

In de praktijk echter is de heerlijkheid Breda nooit specifiek een baronie geweest. Vanaf 1403 waren graven van Nassau er heer, al werden zij daar geen baron genoemd. Zij resideerden er ook, en splitsten zich af van het stamgoed Nassau-Dillenburg, zodat men later (vanaf Engelbrecht II van Nassau, 1475) ook spreekt van heren van Nassau-Breda. Aangezien de heerlijkheid Breda een zogenoemde hoge heerlijkheid was, waar de heer ook rechtsprekende macht had, kon deze heerlijkheid later, net als andere hoge heerlijkheden, achteraf wel 'baronie' worden genoemd. Het bezit van een hoge heerlijkheid was van belang juist omdat het de titel van vrijheer of vrijvrouwe verleende aan de eigenaar of eigenares.[1] De leenman of heer werd daarmee wat later (vanaf de zestiende eeuw) baron genoemd zou worden. Deze situatie gold voor het Bredase huis Van Polanen vanaf 1350.
Het zou Hendrik III van Nassau-Breda, heer van Breda van 1504 tot 1538, geweest zijn, die zich voor het eerst met de titel 'baron van Breda' tooide.[2] Een andere bron echter stelt, dat pas Willem van Oranje de eerste heer van Breda was die zichzelf baron noemde.[3] Een zeventiende-eeuwse tekst spreekt van den prince van Orangien, heere ende baron van Breda.[4]
Het is historisch hoe dan ook niet correct om 'met terugwerkende' kracht' de hoge edellieden Jan IV van Nassau, zoon en opvolger van Engelbrecht I van Nassau-Siegen, alsook diens opvolger zoon en opvolger Engelbrecht II van Nassau-Vianden, al 'baron van Breda' (1442-1475) te noemen. Zij waren immers graven van Nassau, maar tevens heren van Breda, die aldaar resideerden.

Via de eveneens Bredase Nassau René van Chalon kwam de heerlijkheid in 1538 als erfelijk bezit aan de erfopvolger uit het huis Nassau-Dillenburg, die sindsdien een prinsentitel prins van Oranje voerde.[5] De lagere titel 'Baron van Breda' is in de praktijk dus niet of nauwelijks gevoerd, al behoort zij ten volle tot de officiële titels van de koning(inn)en uit het huis Oranje-Nassau. De 'Oranjes' stelden een slotvoogd (gouverneur) aan. De naam 'Baronie van Breda' is dus nauwelijks historisch. Later, in de negentiende eeuw, heeft men getracht dit begrip met terugwerkende kracht ingang te doen vinden.

  1. Geschiedenis van de hoge heerlijkheid Albrandswaard.
  2. Vink, Ester (2004), Breda en de Nassaus. 1404 - 2004. Ter herdenking aan zeshonderd jaar Nassaus in Breda, p. 22.
  3. Erfgoedweb Breda / De Nassaus en Oranjes als heren en baronnen van Breda -- 1403 tot heden, [1]
  4. Articulen geproponeert byde geestelijckheydt ende den drossaert, schouteth, borghemeesteren, schepenen ende raedt der stadt van Breda, aen sijne hoogheydt mijn heere den prince van Orangien, heere ende baron van Breda voorsz.. / Articles proposez par les ecclesiastiq. Drossard, Mayeur, bourguemaistres, echevins et Conseil de la ville de Breda, à S. Altesse mons. le prince d'Orange, seigneur et baron dudit Breda. - In 'sGraven-haghe, : Byde weduwe, ende erfgenamen van wijlen Hillebrandt Iacobssz van Wouw .., 1637
  5. Het Huis Oranje-Nassau begon in 1544, toen Willem I, graaf van Nassau-Dillenburg (1533-1584), beter bekend als Willem van Oranje of Willem de Zwijger, het Zuid-Franse vorstendom Orange erfde van zijn neef René van Chalon (officieel René graaf van Nassau en prins van Chalon-Oranje), de zoon van Willems oom Hendrik III.

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search