Girondijnen

De veroordeling van Lodewijk XVI door de Conventie, in vergadering in de voormalige rijschool

De girondijnen of brissotins waren een gematigd linkse politieke groepering of factie tijdens de eerste fase van de Franse Revolutie. De girondijnen vertegenwoordigden een stroming van personen met diverse overtuigingen, onder hen bevonden zich Jacques Pierre Brissot, Madame Roland en haar man Jean-Marie Roland, Charles Barbaroux, François Buzot, Théroigne de Méricourt, Olympe de Gouges en Charlotte Corday. Ze hadden zitting in de Nationale Conventie. De girondijnen waren voorstander van een imperialistische politiek. Ze waren voor het exporteren van de Revolutie naar de rest van Europa en verklaarden Engeland, Oostenrijk, de Nederlandse Republiek en Spanje de oorlog, ook bekend als de Eerste Coalitieoorlog.

De girondijnen waren in grote mate verantwoordelijk voor de afschaffing van de monarchie, maar ook medeverantwoordelijk voor de terechtstelling en executie van koning Lodewijk XVI. De prijsstijgingen verhaastten de ondergang van de girondijnen. De natie dreigde uiteen te vallen. Geschrokken door de massale demonstraties van de sansculotten raakten de girondijnen op 2 juni 1793 hun macht kwijt. De betogingen leidden tot de val en vijf maanden later tot de terechtstelling en executie van de girondijnse politieke leiders.

De val van de girondijnen verscherpte de crisis van het revolutionaire Frankrijk; behalve door de vijand uit het buitenland werd het nieuwe regime nu ook in gevaar gebracht door opstanden die overal in het land uitbraken; de oorlog werd uitgebreid met een burgeroorlog.[1]

  1. Janssen Perio, E.M. (1989) Vrijheid, gelijkheid en de broederschap van Kaïn en Abel. Getuigenissen en documenten over de Franse Revolutie, p. 198.

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search