Internationaal humanitair recht

Internationaal recht

Internationaal humanitair recht of humanitair oorlogsrecht (ook kortweg oorlogsrecht genoemd) is het recht dat geldt ten tijde van een gewapend conflict. Het internationaal humanitair recht gaat alleen over het recht dat geldt tijdens een oorlog (jus in bello) en gaat er niet om of het wel gerechtvaardigd was om die oorlog te beginnen (jus ad bellum). Ook het recht van neutraliteit valt niet onder het humanitair oorlogsrecht omdat het doel niet humanitair van aard is. Internationaal humanitair recht heeft wel betrekking op de behandeling van personen tijdens een gewapend conflict, alsmede de methoden van oorlogsvoering (waaronder verboden wapens) en het bestuur van bezette gebieden.[1]

In het Engels worden drie termen gebruikt die vrijwel hetzelfde betekenen, te weten international humanitarian law, laws of war en laws of armed conflict. In Vlaanderen wordt veelal gekozen voor een letterlijke vertaling van de Engelse term international humanitarian law ofwel internationaal humanitair recht. Hoewel deze terminologie ook wel in Nederland gangbaar is, wordt daar eerder de term humanitair oorlogsrecht gebruikt. Zo hanteren bijvoorbeeld het Nederlandse Ministerie van Defensie en het Nederlandse Rode Kruis deze bewoording, die in feite een combinatie is van de verschillende Engelse termen.[2]

Humanitair oorlogsrecht is, anders dan de naam doet vermoeden, niet alleen van toepassing tijdens een oorlog, maar ook tijdens andere gewapende conflicten. Wel maakt het internationaal humanitair recht soms onderscheid tussen een gewapend conflict met een internationaal karakter en met een gewapend conflict met een niet-internationaal karakter. Ook kan het humanitair oorlogsrecht nog van toepassing zijn nadat de gevechten officieel gestaakt zijn, bijvoorbeeld in het geval van bezetting loopt de toepassing gewoon door. De bronnen van het oorlogsrecht zijn gelijk aan die van het internationale recht, namelijk het verdrag, internationaal gewoonterecht, algemene rechtsbeginselen en rechtspraak. Een centrale plaats in het internationaal humanitair recht nemen de verdragen van de Geneefse Conventies in. Verder heeft internationaal gewoonterecht ook een prominente plaats in het oorlogsrecht, dit is van belang omdat staten normaal alleen gebonden kunnen worden aan regels waar zij (door middel van de ratificatie van een verdrag) zelf mee ingestemd hebben. Deze laatste eis geldt niet voor internationaal gewoonterecht, daardoor kunnen staten die geen partij zijn bij een verdrag soms toch gebonden worden aan de regels die daar in staan. Aangenomen wordt bijvoorbeeld dat grote delen van de Haagse Conventies bestaan uit internationaal gewoonterecht, waardoor zij ook verbindend zijn tegenover staten die geen partij zijn bij de originele verdragen uit 1899 en 1907.[3][4]

  1. D. Fleck, The Handbook of International Humanitarian Law, Oxford: OUP 2013, p.11-12.
  2. Studie Internationaal humanitair gewoonterecht. Een studie uitgevoerd door het Internationale Rode Kruiscomité (ICRC) in opdracht van de internationale gemeenschap. Onder leiding van Jean-Marie Henckaerts en Louise Doswald-Beck, 2009.
  3. D. Fleck 2013, p. 27.
  4. Gearchiveerde kopie. Gearchiveerd op 9 maart 2016. Geraadpleegd op 8 augustus 2023.

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search