Menapii

De Menapii (Ndl.: Menapiërs, soms Menapen) was een Keltische volksstam die ten tijde van de Gallische Oorlog (58-50 v.Chr.) in de Schelde-, Maas- en Rijndelta in het noordwesten van Belgisch Gallië woonde; ook ten noorden van de Rijn hadden zich Menapii gevestigd[1] en hun zuidelijk grensgebied moet ergens in de huidige Vlaamse polders hebben gelegen. Het grondgebied van de Menapiërs grensde ten tijde van Caesar in het oosten aan dat van de Eburones,[2] in het zuiden aan dat van de Morini, waarmee ze meestal samen worden genoemd. De Schelde lijkt de grens te zijn geweest met stammen zoals de Nervii. Ten westen was de Noordzee een natuurlijke grens. Bij het interpreteren van de gegevens uit de Commentarii van Gaius Iulius Caesar moeten we er rekening mee houden dat de kustlijnen en de Delta er ten tijde van Caesars veroveringen tweeduizend jaar geleden totaal anders uitzagen dan nu (de Westerschelde bijvoorbeeld bestond nog niet en de smalle rivier de Schelde mondde uit in de Maas) en dat de toestand later nog geregeld veranderde. Zo is Domburg bijvoorbeeld pas in de middeleeuwen dusdanig afgekalfd, dat een tempel gewijd aan een Keltische godin geheel onder water verdween.

Volgens Ptolemeus kwamen ook Menapii voor in een gebied aan de zuidoostkust van Ierland, waar zelfs de kustplaats Menapia naar hen was genoemd.

Het Menapisch gebied op een hedendaagse kaart.
Spreiding Keltische stammen onder Romeins bewind
  1. Caesar, Commentarii de bello Gallico IV 4; Strabo, Geographia IV 3.4.
  2. Caesar, D.B.G. IV 6.4; VI 33.1.

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search