Orde van Verdienste voor het Vaderland

Kleinood en ster

De Orde van Verdienste voor het Vaderland (Russisch: Орден «За заслуги перед Отечеством», Orden Za zasloegi pered Otetsjestvom) werd op 2 maart 1994 in een presidentieel decreet ingesteld. De statuten omschrijven de orde als een "onderscheiding voor verdienste" en niet als een ridderorde.

De orde werd in 1998 aangewezen als de tweede onderscheiding na de Sint-Jorisorde die alleen in oorlogstijd wordt toegekend. De orde vereent een aantal karakteristieken van de oude Tsaristische orden. Het motto is dat van de Orde van Sint-Vladimir, het lint en het versiersel herinneren aan de Orde van Sint-Alexander Nevski. De orde is een duidelijke breuk met de socialistische orden van het voorgaande Sovjet-tijdperk.

De president van de Russische Federatie draagt de versierselen van de Bijzondere Klasse van deze orde. Dat zijn de gouden keten, het grootlint en de ster. Na zijn of haar aftreden mag de oud-president deze versierselen niet houden.

De enige benoeming in deze "Speciale Klasse" was in 1997 toen de Franse president Jacques Chirac met de keten werd onderscheiden. De ontwerper van het naar hem genoemde geweer, generaal-majoor B.D. Michail Kalasjnikov werd in 1997, in strijd met de regel dat iedereen eerst in de Vierde Klasse moet zijn benoemd, gedecoreerd met de Tweede Klasse. Tussen de eerste benoeming en een bevordering moet, net als bij het Franse Legioen van Eer een bepaalde periode verstrijken.

Wie alle vier de graden successievelijk heeft bezeten wordt naar oude Tsaristische traditie een "Cavalier van de Orde van Verdienste voor het Vaderland" genoemd. De dragers van de gouden Medaille der Ie Klasse komen voor het ridderkruis in aanmerking.


© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search