Samadhi (yoga)

Samadhi (Sanskriet & Pāli: समाधि, samādhi, 'concentratie', 'diepe meditatie', 'absorptie') is de achtste en laatste stap op het achtvoudige yogapad (ashtanga yoga) uit de Yogasoetra's van Patanjali. De andere zeven stappen zijn: yama, niyama, asana, pranayama, pratyahara, dharana en dhyana. Samadhi maakt deel uit van samyama, een technische term die de drie hoogste stadia van concentratie op het achtvoudige pad onder één noemer samenvat.

Samadhi is de staat van bewustzijn waarin de menselijke geest door perfecte meditatie één is geworden met het object van meditatie, vrij van enige activiteit. Samadhi wordt wel omschreven als diepe contemplatie, trance, heelheidsbeleving of eenwording. Het is de culminatie van de klassieke yoga die vaak gepaard gaat met een euforische extase of gelukzalige vrede.

In het boeddhisme heeft het begrip samādhi, in een andere culturele context, min of meer dezelfde betekenis. In feite komt de staat van samadhi, onder andere benamingen, in de mystieke literatuur van alle grote religieuze stromingen voor.

  1. Dhāraṇā is het fixeren van de aandacht van de geest (citta) op één punt of object.
  2. Dhyāna is de gestage, ononderbroken stroom van de aandacht op dat object.
  3. Samādhi treedt op wanneer het object van dhyāna het subject wordt, waardoor het zelfbewustzijn verdwijnt en men opgaat in het object van meditatie.
  4. Deze drie tezamen vormen samyama, het vermogen om in één vloeiende beweging van de geest van dhāranā over te gaan in dhyāna en samādhi.
  5. Door de verovering van samyama wordt men verlicht met wijsheid.
  6. Samyama kan op verschillende onderwerpen worden gericht.
  7. Dit (dhāraṇā, dhyāna en samādhi) zijn de drie innerlijke (antaranga) onderdelen van het achtvoudige pad.
Patanjali, Yogasoetra's, III.1-7

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search