Zuil (bouwkunde)

Overzicht klassieke zuilen
Koolbladkapiteel aan een ronde schippijler in de Grote Kerk van Dordrecht

Een zuil, pilaar of pijler is een kolom met doorgaans een ronde doorsnede en is meestal in natuursteen uitgevoerd. Een zuil bestaat gewoonlijk uit drie elementen, namelijk van boven naar beneden: kapiteel, schacht en basement. De Grieks-Dorische orde heeft geen basement.

De schacht kan opgebouwd zijn uit trommels of kan als één geheel zijn uitgevoerd, een monoliet genoemd. Een zuil wordt doorgaans alleen op druk en knik belast.

Een kolom of drager is een verticale ondersteuningsconstructie, waarvan de hoogte betrekkelijk groot is ten opzichte van de breedtemaat. Een kolom kan in diverse materialen worden uitgevoerd zoals, staal, gietijzer, gewapend beton, hout en metselwerk. Moderne zuilen zoals in de Sagrada Família te Barcelona hebben een gewapend betonkern.

Van oorsprong is een pijler een gemetselde ondersteuning en wordt ook wel steunbeer genoemd.[1] Een pijler kan echter ook een andere dan een ronde vorm hebben en bevat in tegenstelling tot een zuil geen verjonging of entasis. Bij een pijler is het basement geen onderdeel van de pijler zelf, maar wordt deze er soms onder geplaatst. Een pijler bevat meestal geen interne boven elkaar gelegen voegen; alleen bij het pijlerverband is hiervan sprake. In de barok werden vaak wandpijlers of pilasters toegepast.[2]

  1. Haslinghuis, E.J. & Janse H. (2005): Bouwkundige termen, Primavera Pers
  2. 'Pijler', Grote Winkler Prins, 7e dr., dl. 15 (1975), p. 793

© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search